Verstappen krijgt in vijf jaar durende rechtszaak tóch gelijk bij Hoge Raad
Red Bull Content Pool
Algemeen
Max Verstappen is al jarenlang in een rechtszaak verwikkeld met Picnic. De supermarktketen plaatste in 2016 een Facebook-bericht met een lookalike van Verstappen in de hoofdrol. Het was een reactie op een televisiecommercial die door concurrent Jumbo op dat moment werd uitgezonden. De Red Bull Racing-coureur stelde dat er inbreuk werd gemaakt op zijn portretrecht en die zaak krijgt nu een nieuw staartje.
Het gerechtshof in Amsterdam stelde Verstappen aanvankelijk in het ongelijk. Het hof stelde in haar uitspraak dat 'de lookalike in het filmpje geen portret oplevert in de zin van de Auteurswet'. Het kamp van de Verstappens ging in cassatie bij de Hoge Raad en zij gaven de 24-jarige Nederlander wél gelijk. De zaak komt nu bij gerechtshof van Den Haag te liggen.
Waarom krijgt Verstappen nu wel gelijk? Volgens de Hoge Raad kan een lookalike onder bepaalde omstandigheden inderdaad toch wel een portret van de uitgebeelde persoon kan zijn. Bovendien had de lookalike kleding aan in de kleuren van Red Bull Racing. Al met al is Picnic volgens de Hoge Raad wel degelijk in overtreding is. Bij het gerechtshof van Den Haag zal nu worden bepaald óf Verstappen schade heeft geleden en hoe groot in dat geval schade dan zou zijn geweest.
Wat eist Verstappen?
Vertappen eiste bij het begin van de procedure zo'n 350.000 euro van Picnic, maar de zaak duurt inmiddels dus nog altijd voort. Mogelijk is het bedrag nu nog verder opgelopen, maar daar is niks over bekend.