Meer inhaalacties omdat coureurs elkaar dichter kunnen volgen. De nieuwe voorvleugels die dit seizoen op de auto’s terug te vinden zijn, lijken te werken. In Bahrein vond er voldoende actie plaats en ook in Melbourne (op een baan waar inhalen lastig blijft), werd er hier en daar ingehaald. Nicholas Tombazis van de
FIA voorspelt dat dit slechts een voorproefje voor de rest van het seizoen is.
“Sommige simulaties lieten slechts een toename van zo’n 10% zien als het aankomt op inhaalactie, maar andere circuits kwamen uit op vijftig procent. Dat is data verkregen uit simulaties, maar toch verwachten we een flinke stap voorwaarts. In Australië hoopten we niet op een wonder, maar voor de rest van het seizoen ziet het er goed uit in de simulator”, klinkt het hoofd van technische zaken van éénzitters. In de meest recente editie van
Auto, het blad van de FIA, gaat de Griek in op een aantal zaken, waaronder de technische aanpassingen van 2019.
“We waren niet echt bang voor een gevolg voor de rondetijden. Niet dat ze sneller zouden zijn, of juist langzamer. Voor ons was het enkel van belang dat auto’s elkaar beter moesten kunnen volgen. Natuurlijk zou het een probleem zijn geweest als de rondetijden plots twintig seconden langzamer zouden zijn, maar één of twee is nog wel te overzien. Daarnaast zijn teams constant bezig met het vinden van tijdsverbetering, dus denk ik ook niet dat rondetijden een onderdeel zijn van de discussie rondom de reglementen. Eerder een afleiding.”
Wat in Barcelona direct opviel, was de keuze die teams maakten met betrekking tot het ontwerp van de voorvleugel. Hier en daar wat kleine verschillen, maar over het algemeen slechts twee ver uit elkaar liggende designs. Kijkend naar hoe de teams de nieuwe regels aan hebben gepakt, denkt Tombazis dat hij iets over het hoofd heeft gezien?
“Ik denk, kijkend naar de oplossingen van sommige teams, dat er dingen zijn die we net iets anders hadden kunnen doen. Dat is altijd het geval en in grote lijnen ben ik tevreden met het resultaat. Vergeet niet dat dit slechts een eerste stap is en dat we nu niet met de armen over elkaar kunnen gaan zitten en zeggen: ‘Mooi, dat is ook weer geregeld’. Als we dit niet hadden gedaan, zou onze uitgangspositie voor 2021 een stuk minder makkelijk zijn.”