Vorig seizoen had
Ferrari nog de sterkste krachtbron in de
Formule 1, terwijl
Mercedes op een gegeven moment zelfs leek op te moeten passen voor Honda. In 2020 had de Duitse fabrikant echter weer een grote slag geslagen. Hierbij lijken zij de grenzen te hebben opgezocht.
Dat
Mercedes dit seizoen een stuk sneller was dan
Ferrari komt natuurlijk mede door de technische richtlijnen van de
FIA waar Ferrari hard door geraakt werd, maar ook Honda en
Renault kwamen vooral tijdens de eerste helft van het seizoen niet in het vraagstuk voor. Terwijl die toch allebei het gat met Mercedes eind 2019 een beetje gedicht leken te hebben.
Mercedes heeft dus de limiet van zijn krachtbron opgerekt en de betrouwbaarheidscijfers van 2020 lijken die suggestie te bekrachtigen. Na het uitpluizen van alle uitvalbeurten van afgelopen seizoen, blijkt dat auto’s met een Mercedes-krachtbron maar liefst zeven uitvalbeurten hadden die op de één of andere manier aan die krachtbron toe te schijven is.
Daarbij was ook nog relatief vaak een defect aan één van de elementen van de krachtbron het daadwerkelijke probleem, terwijl het bij Honda elektronische problemen vaker de oorzaak van een uitvalbeurt waren.
Ferrari het meest betrouwbaar
Zowel Honda als
Renault hadden ieder vier krachtbron-gerelateerde uitvalbeurten. Na correctie voor het feit dat Mercedes drie teams van motoren voorziet, is hun gemiddelde per auto overigens nog altijd hoger.
Ferrari had met drie teams en slechts twee krachtbron-gerelateerde uitvalbeurten veruit de beste betrouwbaarheid. Zo zie je maar dat minder vermogen toch nog ergens goed voor is.