Daniel Ricciardo is ervan overtuigd dat zijn allround interesse voor sport bijgedragen heeft aan zijn ontwikkeling. De
Renault-coureur was in zijn jeugd ook actief als tennisser en voetballer en kan zich moeilijk een jeugd zonder die broodnodige afwisseling naast de racerij voorstellen.
Ricciardo ziet die eigenschap eigenlijk erg weinig terug bij andere coureurs op de grid en verklaart er het volgende over tegen
motorsport-total.com :
“Ik weet niet of het komt, omdat Ik Australiër ben… maar we zijn een groots sportland, dat is waarmee ik ben opgegroeid.”‘Vangen, gooien, schieten’, het draaide allemaal om balsporten voor de Australiër.
“Als ik andere coureurs zie, dan denk ik niet dat ze dat veel deden in hun jeugd. Ze vangen een bal alsof ze een vlieg proberen te doden”, vervolgde hij.
“Daarom ben ik ook wel verbaasd… Hoe kunnen ze die vaardigheden hebben om een F1-auto te besturen, als ze nog niet eens een tennisbal kunnen vangen?”
In een recent interview namens zijn werkgever, beweerde Ricciardo dat hij hoogstwaarschijnlijk een carrière in de tennis had gekozen indien het racen niet van de grond was gekomen.
“Ik ben iemand die overal voor in is. Ik hield van racen, maar speelde ook tennis en voetbal tot mijn veertiende. Ik deed aan karten in het weekend, dus het was afwisselend. Het helpt mij... al is het maar om er niet als een idioot uit te zien zodra Tom Brady een bal gooit”, verwees hij naar de komst van de NFL-ster bij de Grand Prix van Monaco.
“Ik ben blij dat ik aan meerdere sporten heb gedaan, want ik geloof dat ik mij verveeld zou hebben met maar één sport. Dat racen niet het enige was wat ik deed sinds mijn vierde heeft zeker bij mijn ontwikkeling geholpen”, aldus Ricciardo.