Max Verstappen heeft zijn eerste meters van het Formule
1-weekend in Bahrein allesbehalve soepel afgetrapt. De viervoudig
wereldkampioen moest in de tweede vrije training genoegen nemen met de zevende
tijd, terwijl Oscar Piastri bovenaan de tijdenlijst eindigde voor
McLaren-teamgenoot Lando Norris. Verstappen baalt als een stekker in Bahrein
Verstappen, die in de eerste vrije training zijn RB21 aan
rookie Ayumu Iwasa moest uitlenen, kampte direct met een gebrek aan grip. In
zijn eerste sessie van het
F1-weekend kon hij het tempo van de concurrentie
niet bijbenen. De Limburger bleef steken op acht tienden van de snelste man op
de baan, Piastri. Teamgenoot Norris was een fractie langzamer en George Russell
volgde op P3, met een halve seconde achterstand.
Na afloop spreekt Verstappen zijn frustraties uit. "Het
was een moeilijke dag, ik worstelde met het vinden van grip", zegt hij
tegen De Telegraaf. "De balans van de auto was niet heel slecht,
maar we hebben nog wel werk te doen. Over het algemeen zijn we gewoon te
langzaam. Niet alleen over één ronde, maar ook in de longrun. Ik heb er niet
veel plezier aan beleefd. Het gat is heel groot."
Tijdens de sessie meldde Verstappen over de boordradio al
problemen met het stuiteren van zijn RB21. Niet veel later kreeg hij ook met
remproblemen te maken en een gebrek aan grip, waardoor de sessie verre van
vlekkeloos verliep.
Ook aan de andere kant van de Red Bull-garage liep het
stroef. Yuki Tsunoda kwam niet verder dan de achttiende tijd, terwijl rookies
als Kimi Antonelli en Isack Hadjar zich tussen de gevestigde namen wisten te
mengen. Ook Charles Leclerc zat Verstappen in de weg op de tijdenlijst.
De zorgen bij Red Bull lijken na deze vrijdag nog niet
direct aanleiding voor paniek, maar dat er werk aan de winkel is voor het team
uit Milton Keynes, mag duidelijk zijn. Zaterdag staat de derde vrije training
op de planning, gevolgd door de kwalificatie voor de vierde Grand Prix van het
seizoen.