Ferrari heeft een wisselvallige eerste seizoenshelft achter de rug. Waar de Scuderia af en toe nog om het podium streed, werden er ook mindere resultaten geboekt. Volgens Carlos Sainz is het erg moeilijk om te zeggen waar de auto wel goed functioneert, en waar niet.
Het Italiaanse team heeft terrein verloren ten opzichte van vorig jaar. In 2022 stonden ze nog gemakkelijk tweede, en konden ze aan het begin van het seizoen zelfs meestrijden om de wereldtitel. Nu is alles anders. Ferrari staat vierde in het constructeurskampioenschap en vaak komt de auto tekort voor een podiumplek. Het ene weekend lijken ze dichter bij de concurrentie te zitten dan in het andere weekend.
Ook Sainz ziet de inconsistentie van de Ferrari: “Het is heel moeilijk om te voorspellen op welke circuits we snel zullen zijn en op welke niet. Het beste voorbeeld was denk ik het verschil tussen Hongarije en Spa. Als je onze auto ziet, denk ik dat we verwachtten dat Hongarije een goed weekend zou worden, en Spa minder. Het was juist het tegenovergestelde, wat laat zien dat er misschien intrinsieks is dat we niet helemaal begrijpen.”
De helft van het seizoen is al voorbij, en Ferrari lijkt de auto nog niet helemaal te kunnen begrijpen. Sainz geeft echter de moed niet op: “We hebben nog tien races om alles te begrijpen. Tijdens het testen in Bahrein zagen we al iets in onze auto wat we niet begrepen en we hebben eerlijk gezegd heel snel vastgesteld wat de belangrijkste zwakte is van onze auto. Ook de verschillende circuits en de omstandigheden op de baan spelen een rol. Onze auto is bijvoorbeeld gevoelig voor de baantemperatuur.”
“Ik denk dat we goed bezig zijn met het uitproberen van verschillende dingen en verschillende theorieën die we samenstellen voor de auto van volgend jaar. Op dit moment kunnen we ons alleen daarop richten en alles doen wat we kunnen," vertelt de Spanjaard.