Het was ‘groot nieuws’:
de Hartstichting, KWF en het Longfonds stappen naar de Reclame Code Commissie, omdat ze willen voorkomen dat
McLaren volgende week tijdens de Nederlandse Grand Prix het merk Velo op de auto’s voert. Velo produceert namelijk snus, een nicotinezakje van gestoomde tabak, en de verkoop ervan is in Nederland verboden. Blijkbaar zagen de drie stichtingen hun kans schoon om de populariteit van de Nederlandse Grand Prix in hun voordeel te gebruiken om campagne tegen dit middel te voeren. Zij zijn zeker niet de laatste die gaan meeliften op het succes van de race.
Tientallen ondernemers haken momenteel handig in op de aanstaande Grand Prix van Nederland. Een deel doet dat als sponsor van de
Formule 1 of
Max Verstappen, anderen hebben helemaal geen enkele band met
F1 en komen met acties om hun waar aan te prijzen. Loop deze weken eens door
Zandvoort en je ziet de ene na de andere winkel spullen verkopen die gelieerd worden aan de Grand Prix. Geef hun eens ongelijk, dat is nou ondernemerschap. Dit is het moment om goed geld te verdienen.
De Hartstichting, KWF en het Longfonds dachten ongetwijfeld hetzelfde. Of ja, waarschijnlijk hun duurbetaalde PR-bureau. Elke zichzelf respecterende multinational of stichting geeft tegenwoordig jaarlijks tienduizenden euro’s aan hip ogende millennials, die vanuit een voormalig industrieel pand proberen het verhaal van hun klanten bij media te pitchen, in de hoop dat er een positieve publicatie uitrolt. Dat is meestal goedkoper dan een advertentie inkopen.
Het snus-verhaal zou zomaar op de volgende manier tot stand kunnen zijn gekomen: Tijdens een brainstorm - die zijn er vaak - filosofeert het PR-bureau over insteken om gratis publiciteit voor de stichtingen te genereren. Opeens roept er eentje:
“We moeten iets doen met de Formule 1!.” Meteen krijgt hij of zij de handen op elkaar: goed idee! Maar wat?
“Nou, bij McLaren staat er een snus-aanbieder op de auto’s. In Nederland mag dat spul niet verkocht worden. Laten we een brief aan de Reclame Code Commissie sturen waarin we vragen om de reclame te verbieden - zoiets kan namelijk elke burger - en vervolgens de krant bellen dat we dat hebben gedaan. Ongetwijfeld mogen we dan ergens uitleggen hoe gevaarlijk snus is.”