Is er een toekomst voor Steiner in de F1? 'Wat moeten we met zo'n man?'

Een man een man, een woord een woord. Guenther Steiner was afgelopen weekeinde ‘gewoon’ aanwezig op een autosportbeurs in het Engelse Birmingham. Zoals afgesproken werd hij daar geïnterviewd en ging hij later op de foto met fans. Genoeg anderen die zich na een ontslag bij de organisatie hadden afgemeld. Zoniet Steiner, hij kwam gewoon opdagen. Alleen was het onderwerp van het interview plots anders en moest de Italiaan na afloop de nodige media te woord staan.

De gemiddelde fan zou waarschijnlijk Bruno Famin - de teambaas van Alpine - niet herkennen. Alessandro Alunni Bravi, het aanspreekpunt van Stake F1, vrijwel zeker evenmin. Guenther Steiner, de man die jarenlang het veruit kleinste team in de Formule 1 leidde, kan echter niet anoniem rondlopen in de paddock. Zelfs een tochtje naar de plaatselijke supermarkt, voltooit hij niet zonder te poseren voor selfies. Steiner is een celebrity. Een cultheld volgens anderen.

Steiner als analist op tv?

Ongetwijfeld zijn er nu al genoeg tv-zenders die bij Steiner aan de lijn hangen. Kijk dus niet vreemd op als Steiner bij de openingsrace van het seizoen als analist in de F1-paddock te vinden is. Voor de langere termijn - zo vertelde Steiner in Birmingham - sluit de Italiaan met het Amerikaanse paspoort niet uit in een functie bij een F1-team terug te keren. Maar waar? En wat zou hij dan gaan doen?

Sinds de start van het Haas F1-project inmiddels tien jaar geleden, stond Steiner aan het roer van het bescheiden team. Goede resultaten waren een zeldzaamheid, op onder andere de vierde plek van Romain Grosjean in de Oostenrijkse GP van 2018 en de pole van dezelfde Kevin Magnussen in Brazilië ‘22 na. Louter kijkend naar wat er op het circuit is gepresteerd in acht seizoenen tijd, dan zit er geen team op Steiner als teambaas te wachten. Ook niet Andretti-Cadillac, dat de ambitie heeft om tot de Formule 1 toe te treden. Dat team wil - eenmaal op de grid - stappen voorwaarts maken. Steiner heeft bewezen dat niet te kunnen.

Steiner de flapuit

Bovendien was Steiner soms niet altijd even slim met zijn uitspraken. Neem bijvoorbeeld de manier waarop de Italiaan in zijn boek Mick Schumacher na diens gedwongen vertrek bij Haas F1 nog een trap na gaf. Meer traditionele figuren in de F1-paddock hebben nogal moeite met zijn constante drang om in de publiciteit te verschijnen, en daar ogenschijnlijk zijn uitspraken op af te stemmen.

Bernie Ecclestone is bijvoorbeeld zo iemand. De voormalig eigenaar van de Formule 1 zei een klein jaar geleden in reactie op het vertrek van Mick Schumacher: “Wat moeten we met een man die een superster in de paddock werd, alleen omdat hij pittige uitspraken doet in een geënsceneerde Hollywood-docu, gericht op de Amerikaanse markt?”

Interessant voor sponsoren

Het is een mening die niet ongewoon is in de Formule 1. Maar vanwege zijn populariteit kan Steiner wel degelijk zijn waarde in een ambassadeursrol of een commerciële functie hebben. Fans vinden Steiner geweldig, en sponsoren vinden mensen die door het publiek geliefd worden geweldig. Eén plus één kan hier twee zijn. Als een team als Stake F1 Steiner binnenhaalt om sponsoren te trekken, dan is dat goed te begrijpen. De topteams zitten vast niet te wachten op Steiner.

Dus zien we Steiner nooit meer terug in de Formule 1? De kans lijkt te verwaarlozen. Daarvoor is het merk Steiner te waardevol.