De strijd tussen
Max Verstappen en Picnic krijgt snel een slotstuk. De online supermarkt moet zich in de slepende rechtszaak verantwoorden voor de reclame die het een aantal jaren geleden uitzond. De Red Bull-rijder eist daarvoor een schadevergoeding, maar zekerheid heeft de Nederlander voorlopig allerminst. Dat laat
Nu.nl weten.
De rechtszaak gaat om een reclame waarin Picnic een lookalike inzette die sprekend op Verstappen leek. De acteur was gekleed in een compleet raceoutfit en had een pet op die leek op de versie van de Limburger. Toen Verstappen eenmaal lucht kreeg van de reclame, besloot de Nederlandse coureur om naar de rechter te stappen.
Verstappen kreeg in eerste instantie gelijk van de rechter, die vond dat Picnic niet volgens de regels van de wet handelde, maar in het hoger beroep kreeg de supermarktketen juist gelijk. Er was volgens deze rechter namelijk duidelijk te zien dat het niet Verstappen, maar een acteur was. De zaak komt daarom in 2022 voor bij de Hoge Raad.
Begin volgend jaar volgt de uitspraak
De nummer één in het wereldkampioenschap hoopt in de rechtszaak als winnaar uit de strijd te komen, maar dat is voorlopig allerminst zeker. Na ruim vier jaar procederen hopen beide partijen over een paar maanden eindelijk duidelijkheid te krijgen. De Hoge Raad komt op 22 maart 2022 met een uitspraak.