Steiner fileert eigenaar Haas F1: 'Ego van Gene stond succes in de weg'
“In alles wat ik doe ben ik gepassioneerd. Als ik de passie niet voor iets heb, dan doe ik het niet.” Was getekend: Guenther Steiner. Het zijn woorden waaraan niemand twijfelt, want de Italiaan staat inmiddels bekend als een duizendpoot; als voormalig teambaas van Haas F1, reality-tv-ster, analist en schrijver van de bestseller Surviving to Drive - en altijd met een lach en vol enthousiasme. Zijn tweede boek Unfiltered - over zijn jaren in de Formule 1 - ligt vanaf 10 oktober in de boekhandel.
Het is een ongewone dag voor Steiner. “Alleen dit interview, verder heb ik niks”, vertelt de Italiaan in een Londense hotelkamer, terwijl hij de handen achter zijn hoofd legt. Even bijkomen van wat drukke tijden zijn; met de release van zijn boek en de boektour door Groot-Brittannië, met overal waar Steiner verschijnt uitpuilende theaterzalen. Later, als het exclusieve gesprek met GPblog achter de rug is, zo heeft Steiner besloten, volgt een wandeling door de Engelse hoofdstad. Ongetwijfeld zal hij ook dan door Jan en alleman worden aangeklampt, vragend om een handtekening of een selfie. Steiner ondergaat het allemaal zonder mokken.
Steiner blikt terug op tijd bij Haas
Guenther Steiner, superster sinds hij in de Netflix-serie Drive to Survive verscheen als het meest authentieke figuur in de F1-paddock. Het is het nieuwe leven van Steiner, die eind ‘23 door Haas F1 - het team dat hij zelf vanaf de absolute grond had opgebouwd - aan de kant werd geschoven; na jaren vol vooral uitdagingen, teleurstellingen, frustraties en zeker ook enkele hoogtepunten. In zijn tweede boek genaamd Unfiltered gaat Steiner uitgebreid in op die periode bij Haas en daarbij spat de passie voor het werk als teambaas en in de Formule 1 van elke pagina af.
Het klinkt daarom vreemd als Steiner zegt dat hij het werk bij Haas niet mist. “Als je op een punt bent dat je weliswaar de passie hebt, je keihard werkt, maar je feitelijk met één arm op de rug je werk moet doen, dan verlies je de passie.” Steiner moest namelijk niet alleen opboksen tegen de andere F1-teams, met veel meer ervaring en mensen, maar ook tegen Gene Haas, de eigenaar van Haas F1.
'Haas F1 ging de verkeerde kant op'
‘Frustratie’ is het woord dat Steiner in de mond neemt, als hij de laatste jaren van Haas analyseert. “Het begon vier jaar geleden, maar ik herkende het vier jaar geleden niet als dusdanig. En daarom zeg ik: ‘Ik had in '22 moeten vertrekken bij het team'. Het begon met Covid. Iedereen zei 'oké' en zag vervolgens de uitdagingen, maar ze grepen hun kans. Wij zagen alleen uitdagingen en grepen de kans niet. We gingen de andere kant op, we begonnen te snoeien [in het personeelsbestand], we sloten alles, en we moesten opnieuw beginnen. Maar de herstart was niet met het idee om opnieuw te beginnen, maar om minder geld uit te geven.”
In zijn nieuwe boek vertelt Steiner hoe hij het gevoel had dat Gene Haas op het punt stond het team op te heffen. Meermalen smeekte de Italiaan hem bijna om door te gaan, zo schrijft hij. “Ik denk dat hij het team wilde opheffen, als ik het budget niet had gevonden. In ‘20 hebben we de windtunnel niet gebruikt. Zodra je in de F1 de windtunnel niet meer gebruikt, dan is dat een signaal”, zegt de Italiaan in zijn Londense hotelkamer.
Waarom Gene Haas het team dan toch niet verkocht? “Vanwege zijn ego”, is de veronderstelling. “Ik ben zelf een vrij goede ondernemer. Dus ik zei geld te vinden en dan kon hij een deel van het team verkopen, om dat te gebruiken om verder te investeren. Dus ik vond een investeringsmaatschappij. Ze deden een aanbod, een goed aanbod. Maar hij weigerde.”
Vertrek voelde voor Steiner 'als een opluchting'
Waarom ging Haas niet op het voorstel in? Steiner herhaalt: “Vanwege zijn ego. Het is zijn manier of anders niets.” Dus eigenlijk - zo zegt de Italiaan - kwam de boodschap van Gene Haas om afscheid van Steiner te nemen ‘als een opluchting’. “Ik zei tegen mijn vrouw: 'Ik ben nu vrij. Ik heb dit blok niet meer aan mijn been'. Ik wilde het team niet in de steek laten, maar wilde dit eigenlijk echt niet meer doen. Want het was een uitzichtloze situatie. Ik heb er zoveel energie in gestoken, maar het was dweilen met de kraan open. Het gevecht werd niet meer anders.”
Veel anderen zouden teleurgesteld zijn dat ze onder dergelijke omstandigheden hun kindje - want dat is Haas F1 eigenlijk van Steiner - moesten verlaten. Steiner zelf denkt daar anders over. “Ja, het voelt zo een beetje [als mijn kind]. Maar na jaren vol frustraties, heb ik er vrede mee. Ik heb het gedaan, ik weet wat ik heb gedaan, niet veel mensen kunnen dat zeggen. Ik ben trots op wat ik heb gedaan. Ik voel geen pijn, want mijn leven gaat door. Ik doe veel dingen en geniet van het leven. Dus ik heb geen probleem.”
“Ik heb niets verkeerd gedaan, vind ik. Ik heb geen geld gestolen, heb de mensen niets misdaan. Men waardeert me nog steeds. Als ik bij de Formule 1 ben, dan zie je dat. Ze respecteren me voor wat ik heb gedaan. Ik besef, ik ben niet perfect. Maar zulke dingen gebeuren. Ik ben gelukkig en heb geen spijt. Absoluut niet.”