Renault weet waarom Red Bull nog sneller is: "Niet dat we iets groots missen"
Volgens Cyril Abiteboul heeft Renault er enorm veel aan gehad dat Daniel Ricciardo twee jaar lang voor de Franse renstal heeft gereden. De 43-jarige chef constateert dat de Australiër zijn gehele kant van de garage naar een hoger niveau heeft weten te stuwen. Dat het gat met Red Bull Racing nog altijd niet gedicht is, ligt volgens Abiteboul totaal niet aan Ricciardo.
"In de buitenwereld bestaat de indruk dat een coureur binnen kan komen lopen en direct concurrerend vermogen brengt. Helaas werkt het zo niet en komt het neer op marginale verschillen tussen de wagens", zegt Abiteboul in een interview met GP Racing. Volgens de Fransman zijn het juist die kleine dingen die zorgen dat het verschil met de topteams nog altijd enkele tienden is.
Renault verliest op 'kleine dingen' van Red Bull
"Het is niet zo dat we iets groots missen ten opzichte van Red Bull, het is de som van vele kleine verschillen waar Daniel helaas geen invloed op kan hebben. Hij kan de wagen zelf niet competitiever maken, maar hij brengt veel andere dingen - zoals motivatie", geeft de teambaas meer tekst en uitleg.
In de afgelopen twee jaar heeft Ricciardo veel impact gehad op Renault. "We hebben een groep mensen die uitstekend werkt - kijk maar naar de progressie van zijn jonge race-engineer, Karel Loos. Het is een opmerkelijke stap omhoog geweest en hij is in staat geweest om een hoger niveau te halen. Dat heeft alles te maken met de manier waarop hij met Daniel werkt en dat geldt eigenlijk voor de gehele kant van de garage aan zijn kant."
Statement over toewijding
Lange tijd waren er serieuze twijfels over de toewijding en toekomst van Renault in de Formule 1. Het overnemen van Ricciardo van Red Bull was een statement. "Het is ook belangrijk dat we ons nu nergens achter kunnen verschuilen. Ik weet dat sommige mensen in de F1-community twijfels hadden over de commitment van Renault en het was belangrijk om een statement te maken, intern en extern; aan de partners, aan de media, aan de fans", sluit Abiteboul af.