Zandvoort maakt indruk op de F1: 'Dit is nergens beter geregeld'
Het grootste pijnpunt van Zandvoort leek vooraf gezien toch wel de toegangsweg naar de badplaats, maar niet bleek minder waar. Rob Langenberg, head of event operations, legt uit hoe de Nederlandse GP dit voor elkaar heeft gekregen.
De weg naar Zandvoort
Met maar één toegangsweg en één station in de buurt van het circuit leek de logistiek voorafgaand aan de Grand Prix van Nederland een groot probleem. Dat dit een pijnpunt was wist de organisatie echter ook, en zij bedachten een plan om dit op te lossen. Nu is Zandvoort een voorbeeld voor alle andere Grands Prix, en dat maakt ze logischerwijs trots.
‘’Het begint bij historisch besef van mensen en duidelijke communicatie. De uitdaging dat Zandvoort moeilijk te bereiken is, was overal bekend. Dat betekent dat je er creatief mee om moet gaan.'' Zo kwam er maar twee procent van de bezoekers met de auto. ‘’Nu al is dat percentage maar twee procent. En zelfs sommige parkeerplaatsen die we moesten regelen voor de FOM, bleven leeg. Ook daar was het besef: we moeten creatief zijn’’, zegt Langenberg volgens de NOS.
Verstappen gaat nog even mee
‘’De logistiek was de grootste angst van de FOM, maar we hebben het meer dan waargemaakt. Ze zeiden: nergens op de F1-kalender is het beter geregeld.’’ Die overtuiging heeft ook gezorgd voor positieve geluiden vanuit de Formule 1. Zo is Ross Brawn lovend, en denkt hij al verder dan 2023.
‘’Het is zonde dat niet alle tribunes vol mochten zijn, als gevolg van de coronacrisis. Maar dat zetten we volgend jaar wel recht. Max kan nog lang mee, dus het is zeker de bedoeling dat we hier nog vaak terugkomen’’, besluit de topman van de Formule 1.