Het zat
Max Verstappen niet mee tijdens de Grand Prix van Groot-Brittannië, waar de
Red Bull Racing-coureur aanvankelijk de torenhoge favoriet was. Dat is ook
Martin Brundle opgevallen, die in zijn column voor
Sky Sports een opsomming maakt van de onfortuinlijke momenten die Verstappen meemaakte in
Silverstone.
“De leider in het kampioenschap had ook dit jaar niet veel geluk”, begint Brundle over de race van Verstappen in
Silverstone.
“Hij had op pole position moeten staan, maar een gele vlag verpestte zijn laatste run en hij leidde de eerste start gemakkelijk weg tot de rode vlag.” Bij de herstart raakte de Nederlander zijn gewonnen positie kwijt omdat de oorspronkelijke startopstelling werd gehanteerd.
Pech voor Verstappen nam toe tijdens race
Bij diezelfde herstart wist
Carlos Sainz wat hem te doen stond, en hij duwde Verstappen nog net niet de muur in terwijl hij zijn positie met hand en tand verdedigde. Dat lukte dit keer, en Verstappen startte de race dus vanaf een minder goed uitgangspunt dan bij de oorspronkelijke start. Later lukte het de Red Bull-coureur alsnog om zijn voormalige teamgenoot in te halen, maar daar kon hij niet lang van genieten: door een groot stuk carbon liep hij fikse schade op aan de vloer van zijn RB18, waardoor hij de race noodgedwongen met sterk verslechterde prestaties moest uitrijden.
“Verstappen had een enorm stuk van de carrosserie van zusterteam AlphaTauri als een dolk vastzitten in zijn ondervloer, wat betekent dat de helft van die cruciale ondervloer geen downforce genereerde”, legt Brundle uit. Volgens de oud
Formule 1-coureur was P7 het hoogst haalbare voor de kampioenschapsleider, die nog altijd 34 punten voorsprong heeft op
Sergio Perez en 43 op
Charles Leclerc.