Waarom alle ogen op Honda gericht zijn bij pre-season test

Wat zal de pre-season test in Barcelona ons leren over het huwelijk tussen Red Bull Racing en Honda? De verloving middels de samenwerking met Toro Rosso lijkt tot dusver veelbelovend. Echter, het verleden leert, althans wat betreft een nieuw partnerschap met een grote speler, dat crisismanagement op de langere termijn cruciaal zal blijken.

De PR-getinte boodschappen van Red Bull Racing kampten kortgeleden met bijgestelde verwachtingen qua potentieel van Honda. De nuchtere voorzichtigheid, ten tijde van de aangekondigde samenwerking met de motormaker, werd geleidelijk vervangen door optimistischere verwachtingen. De C-spec motor van de Japanners – geïntroduceerd voor thuispubliek in Suzuka – gaf hoop voor de toekomst. Het gat met de vooraanstaande motorleveranciers oogde opeens kleiner.

Na een behoorlijke kwalificatie (P6 Hartley en P7 Gasly) in Japan, werd de motorspecificatie daarna echter systematisch teruggeschroefd vanwege aanhoudende trillingen. De ploffende motor van Pierre Gasly tijdens de laatste Grand Prix in Abu Dhabi, smette enigszins het eindimago van een beginnende samenwerking die in teken stond van volop ontwikkelen en testen. Honda temperde recent nog de verwachtingen wat betreft de daadwerkelijke progressie in 2019. Het jaar inluiden als de nummer drie van de motoren is het doel, opgevolgd door een inhaalslag, waarbij men het gat naar Ferrari en Mercedes wil dichten.

Honda introduceerde hun hybridemotor in tijdens de eindejaartest in Abu Dhabi, 2014. Gedurende beide testdagen wist testcoureur Stoffel Vandoorne hooguit vijf rondes af te leggen. De vroegtijdige test fungeerde als een voorbode voor een stroeve herintrede van het kampioenschap winnende merk in F1, maar in vergelijking met de Renault en Ferrari-hybridedebuten, was de mate van problemen destijds geen grote reden tot zorg. Daarna ontstonden echter steeds meer barsten in de relatie tussen McLaren en Honda.

Het partnerschap met McLaren gedurende seizoenen 2015, 2016 en 2017, bezorgde de eerlustige Japanners namelijk vooral veel publiekelijke schaamte. Na een opeenstapeling van spanningen door het uitblijven van de beoogde resultaten, besloten McLaren en Honda om de samenwerking te beëindigen. McLaren leek géén 'nee' te kunnen accepteren wat betreft de verwachtingen aan adres van Honda, maar ontdekte al snel dat het woord 'nee' gebruiken een taboe is in het land van de rijzende zon. De Japanners gingen door een diep dal gedurende het partnerschap. Men overwoog zelfs in Japan om de stekker uit het project te trekken onder mom van een ‘tussenjaar’. Dr. Helmut Marko bood echter een vooruitzicht op een samenwerking met een topteam, met ten eerste een leerjaar bij RBR-satellietteam Scuderia Toro Rosso. 

Honda zal vanaf 2019 voor de eerst keer sinds de reentree, twee teams tegelijk voorzien van een powerunit. Een belangrijke stap, want twee keer zoveel data verzamelen tijdens raceweekenden is wenselijk voor een snelle doorontwikkeling. Terwijl Mercedes en Renault met een nieuw concept komen, houdt Honda vast aan het huidige motorontwerp in 2019, de krachtbron is nog niet uitontwikkeld. Deze ‘veiligere’ weg biedt ongetwijfeld voordelen wat betreft beter handhaven van de betrouwbaarheid. Doorontwikkeling van de motor gedurende het seizoen zal wederom een belangrijke factor zijn.

Een probeerjaar bij Toro Rosso biedt een uitstekend fundament voor de samenwerking die zal plaatsvinden tussen Honda en het eerste team. De basis is gelegd en de stijgende lijn – weliswaar minder steil, dan de hype doet vermoeden – is aanwezig. Hoewel Honda technisch gezien een grote(re) verantwoordelijkheid heeft wat betreft het realiseren van de pure performance op motorisch vlak, zal de verdere integratie met RBR een kritieke factor zijn voor de (door)ontwikkeling. De vraag is in hoeverre de energiedrankjesfabrikant erin slaagt om de groei door te zetten nu er meer op het spel staat.