Hamilton over schooltijd: ‘Mensen gooiden bananen naar me’
Lewis Hamilton is een zevenvoudig wereldkampioen, bekend over de hele wereld. Een icoon, op allerlei gebieden. Nu overal gerespecteerd, maar dat was in zijn jeugd verre van het geval. In de podcast van Jay Shetty gaat Hamilton in op zijn jongere jaren.
Hamilton vertelt aan Shetty dat zijn schooltijd het meest traumatiserende en moeilijkste periode in zijn leven was. De Brit van Mercedes werd al op zijn zesde gepest. Als een van de slechts drie donkere kinderen was hij altijd het mikpunt van spot. “Bij het voetballen werd ik altijd als laatste gekozen, als ik al gekozen werd. Zelfs als ik beter was dan iemand anders.”
Constant gepest
Tijdens zijn schoolperiode werd hij ‘constant’ gepest, zo zegt Hamilton. “De dingen die naar je gegooid werden, zoals bananen. En mensen die zo gemakkelijk het N-woord gebruikten. Mensen noemden me een halfbloed. Gewoon niet wetend waar je bij hoort. Dat was voor mij moeilijk. Dat je bijvoorbeeld naar de geschiedenisles gaat en er waren geen gekleurde mensen in de lessen die ze gaven. Dus ik dacht: ‘Waar zijn de mensen waar ik op leek?’”
Hamilton had het bovendien altijd gedaan bij de leiding van de school. Keer op keer moest hij op het matje komen. Bovendien, zo ontdekte hij pas op zijn zestiende, bleek Hamilton dyslectisch. Het maakte dat leren voor hem een flinke opgave was.