Fittipaldi vergelijkt: 'Een Formule 1-auto is als een ruimteschip'
Interview
Pietro Fittipaldi behoort langzaam tot het meubilair van Haas F1. In bijna vijf jaar bij het Amerikaanse team mocht de Braziliaan tweemaal meedoen aan een Grand Prix, voor de rest bleef het bij testritten en het stand-by staan voor het geval één van de vaste coureurs (opnieuw) uitvalt.
Wéér koos Haas voor een ander. Niet Fittipaldi, maar Nico Hulkenberg werd voor dit seizoen vastgelegd om Mick Schumacher te vervangen. In de loop der jaren had de Braziliaan - kleinzoon van tweevoudig wereldkampioen Emerson - al zo vaak ‘nee’ van teambaas Guenther Steiner en teameigenaar Gene Haas gehoord. Een ander zou er misschien moedeloos van worden. Fittipaldi zit anders in elkaar.
Begrip voor Haas-team
Teleurgesteld? In een exclusief onderhoud met GPblog, laat Fittipaldi de vraag even op zich inwerken. “Nee, natuurlijk heb je als coureur altijd...”, voordat hij een kleine stilte laat vallen. “Het is een droom om fulltime in de Formule 1 te racen. Ik persoonlijk geloof dat ik er klaar voor ben en geweldige prestaties zou kunnen leveren. Elke keer dat ik de auto testte, waren we super competitief. De Formule 1-auto past heel goed bij mijn rijstijl. Dus ik weet dat ik zou leveren, mocht ik de kans krijgen. Maar ik begrijp ook de kant van het team en de beslissingen die ze nemen. Gaan voor een coureur die al veel Grand Prix-starts heeft en veel ervaring heeft. Dus ik begrijp hun punt ook. Ik moet hun beslissing respecteren. Maar ik zal altijd blijven aandringen.”
Fittipaldi probeert zijn strepen te verdienen in andere klassen, zoals momenteel voor JOTA in het World Endurance Championship (WEC) en in de Amerikaanse tegenhanger IMSA. “Een Formule 1-wagen is zeker de beste auto om in te rijden, want alles wat een coureur zoekt in een raceauto, heeft de Formule 1. Dus een Formule 1-auto is als een ruimteschip. Het is niet te geloven. Wat ik leuk vind aan endurance, is het racen. Je kunt vechten voor een overwinning in je klasse en je vast komt te zitten tussen een hypercar en GT's. Je zou urenlang met dezelfde auto kunnen vechten, en aan het einde van een race van acht uur heb je maar een paar seconden verschil tussen elkaar.”
‘Klaar voor F1’
Via het endurance racen toch de Formule 1 bereiken is mogelijk, zo toonden in het verleden Brendon Hartley en kortgeleden Nyck de Vries aan. “Je kunt niet verliezen als je weigert op te geven”, reageert Fittipaldi strijdvaardig. “Als je blijft pushen, weet je nooit wat er gaat gebeuren. Ik kan alleen maar mijn best doen, elke keer als ik in de auto stap. Als de kans zich voordoet, ben ik er klaar voor. Zo niet, dan blijf ik mijn werk bij Haas doen en doe ik ook mijn andere races; mijn andere dromen nastreven in het racen. Op een dag Le Mans winnen, wie weet de 24 uur van Daytona winnen, de Indy 500 winnen.”
Om als coureur te blijven groeien, is kilometers maken noodzakelijk. Zeker in de Formule 1. In principe komt Fittipaldi in aanmerking voor de vrije trainingen waarin F1-teams verplicht tweemaal per jaar een rookie inzetten. Zekerheid dat Haas hem hiervoor ook dit seizoen gebruikt, is er niet. “Ik heb het vorig jaar gedaan, twee keer [meedoen aan vrije trainingen]. Dus ja, het hangt ervan af. Ik denk dat het meer tegen het einde van het jaar is, maar het hangt ervan af wat het team beslist.”
Tijd in de wagen
“Omdat ik weet dat ze meestal ook de Ferrari Academy-coureurs helpen, dus ik weet niet wat daarmee gaat gebeuren. Maar ik weet dat Gunther me op een gegeven moment altijd wat tijd in de auto geeft, dus ik ga nog steeds elk weekend naar alle races en zo. Ik doe datatelemetrie-werk en kijk naar de vergelijkingen tussen de coureurs. Soms ook live in de sessie. Dat werk doe ik dus gedurende de F1-raceweekenden.”
Met de tests en races in WEC en nagenoeg alle Grands Prix die Fittipaldi bezoekt, is het een volgepakt jaar. “Het reizen houdt niet op, maar ik hou er wel van dat het druk is. Ik wil niet thuis zijn, ik wil op een circuit zijn. Hoe drukker, hoe beter”, besluit de Braziliaan.