Wolff slaat terug na uitspraken Horner: 'Het is een perfecte organisatie'
Na de Grand Prix van Miami was Christian Horner niet te spreken over Toto Wolff en Zak Brown. De twee zouden volgens de Red Bull-teambaas al een tijdje bezig zijn met het destabiliseren van Red Bull Racing. De Brit stelde vervolgens dat hij zich als hij Brown of Wolff was eerder zorgen zou maken over de 220 medewerkers die het Oostenrijkse team gekaapt heeft bij de andere teams. Wolff is het echter niet eens met die uitspraak.
Het is al het hele seizoen onrustig binnen Red Bull. Horner werd beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag, maar na onderzoek werd geconcludeerd dat dit niet zo was. Daarna zou er een machtsstrijd gaande zijn tussen Horner en Helmut Marko. Vervolgens werd Max Verstappen gelinkt aan een vertrek bij de Oostenrijkse renstal.
De Nederlander zou misschien naar Mercedes gaan, een idee waar Wolff wel blij mee is. De teambaas van Mercedes heeft meerdere keren laten weten dat hij de komst van Verstappen zag zitten, tot irritatie van Horner. Wolff en Brown stelden ook nog dat er steeds meer mensen van Red Bull bij hun teams solliciteerden. Horner vertelde vervolgens dat Brown en Wolff zich meer zorgen moesten maken over alle medewerkers die van hun teams naar de Oostenrijkse renstal waren verkast om aan het Red Bull Powertrains-project te werken.
Wolff reageert op uitspraken Horner
Wolff stelt tegenover de media, waaronder GPblog, dat de berekeningen van Horner niet kloppen: “Je moet even rekenen. Negentien engineers en wat die aantallen ook zijn, ik denk dat er natuurlijke schommelingen zijn tussen teams die komen en gaan, wat volkomen normaal is. Ik denk dat we een motorafdeling hebben die zo goed is als maar kan met een topleiding. Ik zou het op geen enkele manier anders willen zien qua organisatorische opzet, qua mensen die er werken en met wie ik het geluk heb om te werken.”
Hij vervolgt: “Het is gewoon een perfecte organisatie en je kunt zien dat ze gewoon leveren en dat doen ze al heel lang. Sinds 2014, of met een andere motor, zijn we zo’n beetje de benchmark. Dus dat is niet veranderd. Ik kan niet wachten tot het 2026 is en ik de verschillende prestatieniveaus van de motoren kan zien.”