Norris roept McLaren op om hem nummer 1 te maken: 'Tijd begint te dringen'
Lando Norris begon de Grand Prix van Italië vanaf pole position, terwijl Max Verstappen vanaf de zevende plek moest starten. Het leek de ideale race om flink in te lopen op de Nederlander, maar uiteindelijk bleef het bij acht punten. Dit kwam mede doordat Piastri geen teamorders kreeg van McLaren om Norris voor te laten. De Brit liet na afloop zijn licht schijnen over de situatie.
De kans dat Norris de titel van Verstappen afpakt is groter dan dat Piastri dit voor elkaar krijgt. Toch wilde McLaren geen actie ondernemen om de Brit voor zijn teamgenoot te krijgen tijdens de Grand Prix van Italië. En dat terwijl er tijdens de race nog een achterstand was van 70 punten op Verstappen met nog negen races te gaan.
Wil Norris de voorkeur krijgen boven Piastri
Inmiddels zijn er nog acht races over op de kalender en is het gat gekrompen tot 62 punten. Toen Norris na de race gevraagd werd of hij met de situatie in het kampioenschap liever de voorkeur krijgt tijdens de race ten opzichte van zijn teamgenoot, antwoordde hij: “Ik zou dat geweldig vinden, maar dat is niet aan mij. Het is moeilijk. Ik denk dat je als coureur niet wil dat dingen op die manier gespeeld moeten worden. Het is een lastige.”
Norris vervolgde: “Ik zou niet zeggen dat de tijd bijna op is, maar de tijd tikt langzaam wel door. Ik geloof nog steeds dat we het kunnen doen [het kampioenschap winnen]. De snelheid is top. Ik geloof dat we vandaag één van de, zo niet de snelste auto hadden. Dus ja, ik weet het niet. Het is niet aan mij om daarover [teamorders vanuit McLaren] te beslissen. Dat is aan het team. Maar ik denk nog steeds dat we samenwerken en we helpen elkaar nog steeds. Ik denk dat we dat al meerdere keren hebben laten zien dit jaar.”
Tot slot vertelde de Brit: “Wanneer je vecht om het kampioenschap, dan wil je elk klein ding. En ik doe alles wat ik kan. De beste manier is door simpel gezegd de race te winnen en ik heb dat vandaag niet gedaan door domme dingen.”
Dit artikel werd geschreven in samenwerking met Cas van de Kleut