‘Belangrijk dat we niet naar 24 raceweekenden gaan zoals de Formule 1’
De Formule 1 is uitgegroeid tot een mondiale sport, met races op (bijna) alle continenten. Voor de Formule 2 en Formule 3 - het voorportaal van de F1 - geldt dit niet. Sinds een tweetal seizoenen zijn deze juniorklassen (naast Europa en in het Midden-Oosten) wel actief in Australië en daar lijkt het vooralsnog bij te blijven, zo vertelt Bruno Michel in gesprek met GPblog.
Weliswaar staat de CEO van F2 en F3 open voor racen in Noord- en Zuid-Amerika, er zijn iets te veel haken en ogen aan om het op dit moment daadwerkelijk realiteit te maken. Daarbij wijst de Fransman op twee punten. “Allereerst wil ik het aantal races niet verhogen uit kostenoverwegingen. We hebben momenteel veertien weekenden, wat best veel is, want we komen van tien, twaalf. We helpen de teams financieel als we het aantal races laten toenemen. Maar het is belangrijk dat we niet naar 24 races gaan zoals de F1”, vertelt Michel.
F2 en F3 in Noord- en Zuid-Amerika?
Daarnaast moet een race in bijvoorbeeld de Verenigde Staten of Brazilië financieel zin hebben, zo stelt de CEO. “Als we een flyaway race doen, dan moeten we er zeker van zijn dat we alle kosten coveren; qua logistiek, transport en meer van dat soort zaken. Dus dat moet eerst geregeld worden. We zijn in gesprek met promotors in Noord- en Zuid-Amerika. Maar op dit moment hebben we geen manier gevonden om dit voor hen als voor ons goed te doen.”
Een ‘nadeel’ van vooral racen in Europa kan zijn dat de F3-coureurs in het tussenseizoen liefst een half jaar zonder wedstrijden zitten. Michel zegt echter: “Dat geeft hen ruimte om te testen. We gaan enkele tests organiseren aan het einde van het seizoen met de F3 wagen. En ik ben er zeker van dat ze meer kilometers gaan maken.”
"Sommige rijders doen mee aan een winterserie. We gaan geen seizoen hebben van twaalf maanden. Dat is raar. We hebben voor de F3 tien evenementen, wat veel is. Twintig races is veel, ook vanuit uit financieel oogpunt. Dus ik wil niet iets doen wat over dat aantal heengaat”, zegt Michel.