F1 reisgids: de klassieke racebanen en fabrieken van Italië

De Grand Prix van Italië

Uiteraard is je vakantie meteen perfect als je een bezoekje brengt aan de Temple of Speed in het weekend van 8 september. Het Formule 1-circus strijkt dan weer neer in Monza, waar de Grand Prix van Italië wordt gereden. Het mag wat kosten, maar dan heb je wel dé race te pakken waar de auto’s uit de koningsklasse echt tot hun recht komen. Het circuit van Monza staat bekend om haar kaarsrechte, lange stukken asfalt waar de F1-bolides heerlijk over kunnen scheuren. Bovendien zijn er weinig fans zo passievol en emotioneel als de Italiaanse racefanaten.

Maar ook buiten het drukke raceweekend om is het Monza Eni Circuit een perfecte locatie om te bezoeken voor racefans. De historie druipt bijna uit het gloeiend hete asfalt en bij het circuit kan je een tour boeken om je alle plekken van de baan te laten zien. Naast de Grand Prix worden er op Monza bovendien ook genoeg andere races gedurende het jaar georganiseerd om te bezoeken.

De klassieke racebanen van Italië

Je bent natuurlijk geen echt raceland als je maar één racebaan hebt en dat is in Italië dan ook allesbehalve het geval. Sterker nog, in het noorden van het land ligt het bezaaid met historische racebanen die het waard zijn om te bezoeken. Ze liggen bijna zo gelegen dat het gemaakt is voor een roadtrip van circuit naar circuit.

Neem bijvoorbeeld een tripje naar het Autodromo Enzo e Dino Ferrari bij Imola. Het circuit was tot 2006 nog de organisator van de Grand Prix van Italië, maar is vandaag nog een perfecte locatie om te bezoeken voor de fans. Je kan ook een bezoek brengen aan de motorbaan van de Adria International Raceway of het 5,2 kilometer lange Mugello Circuit. Gooi met een dartpijl op de kaart van Italië en de kans is groot dat je een racebaan hebt geraakt.

Musea van de Scuderia

Naast racebanen telt Italië natuurlijk ook een enorme hoeveelheid aan autofabrikanten en raceteams. Door de jaren heen zijn er dan ook flink wat auto’s, trofeeën, motoren en andere collecties opgebouwd en die zijn in veel gevallen te bewonderen.

Een niet te missen stop is het stadje Maranello, waar Ferrari haar oorspong kent. Een rondleiding door de fabriek van de legendarische autofabrikant is natuurlijk een verplichting, maar voor een rustigere tijd kan je ook gaan naar het Ferrari museum, dat dichtbij de fabriek te vinden is. 

Fans van Alfa Romeo kunnen beter vertrekken naar Arese, waar een grote collectie van het team te bezoeken is in het Alfa Romeo Museum. Ook het Fratelli Cozzi Museum is een goede optie als je de fabrikant een warm hart toedraagt, bij de historische dealer zijn namelijk meer dan vijftig klassieke auto’s te vinden. 

En voor wie simpelweg de kunst van het bouwen van auto’s wil aanschouwen, moet niet vergeten om een bezoekje te brengen aan Turijn. Daar is namelijk het National Automobile Museum gelegen, die een prachtige collectie heeft van meer dan tachtig verschillende fabrikanten.

Een prachtig land op zichzelf

Ook als je niet je hele vakantie wil besteden aan het bezoeken van musea en racebanen is in Italië aan het goede adres. Het land is bezaaid met prachtige steden, een bevolking die zich er niet voor schaamt om haar passies te delen en de Italiaanse keuken is natuurlijk één van de beste ter wereld. 

Een trip door het noorden van Italië langs racebanen leent zich bovendien perfect voor een stedentrip, want de bovenkant van de laars is een schatkist aan cultuur. Binnen een aantal dagen kan je steden als Milaan, Venetië, Turijn en Bologna bewonderen. Maar vergeet niet om een flinke fles zonnebrand mee te nemen, want voordat je het weet heeft het Italiaanse weer je gezicht omgetoverd in een Ferrari-rode kleur.