Jan Lammers zag Max Verstappen een week geleden schitteren in de Japanse Grand Prix en was sprakeloos. De voormalig F1-coureur werd er weer eens aan herinnerd hoe speciaal zijn landgenoot is.
Natuurlijk waren er veel factoren die maakten dat Verstappen in Suzuka wist te winnen, ondanks de op papier minder snelle bolide ten opzichte van McLaren. Eén succesfactor was de duidelijke symbiose tussen Verstappen en zijn race-engineer Gianpiero Lambiase. In zijn column in De Telegraaf stelde Lammers dat de samenwerking ‘ongelofelijk productief’ is.
“Ik denk dat veel mensen geen idee hebben hoeveel opties er in de autosport, en al helemaal in de Formule 1, zijn om iets te fixen. Er zijn tig manieren om een probleem op te lossen, maar er is er maar één optimaal. Verstappen en Lambiase slagen er heel vaak in om samen de goede richting op te gaan”, was de analyse van de oud-coureur.
Lammers zei in Verstappen ‘de ultiem presterende topsporter’ te zien, iemand overal het maximale rendement uit weet te halen. Inderdaad is volgens de Nederlander het autoracen een materiële sport en moet je het maximale uit het materiaal halen. Maar Lammers ziet hierin ook iets subjectiefs.
“Dat vergt ook heel vloeiende communicatie met de mensen om je heen. Je moet als Formule 1-coureur het maximale uit jezelf halen, het maximale uit de situatie, het maximale uit het materiaal en ook het maximale uit de mensen om je heen. Die vier kwaliteiten bezitten lang niet alle coureurs”, aldus Lammers.
Zo zijn er in de ogen van Lammers coureurs die weliswaar iets kunnen constateren, maar hebben om het over te brengen. “Of rijders die uit een bepaalde situatie op de baan niet het maximale halen. Max bewijst keer op keer dat hij die vier kwaliteiten heeft.”\