Zowat iedereen kent de vader van Max als een ongelukkige en soms nogal wilde coureur die vaak z’n races om allerlei redenen moest staken. Toch zou
Jos Verstappen vooral ongelukkig zijn geweest in z’n eerste jaar bij Benetton. Jos z'n pech? Hij werd vooraf aan de laatste twee races eruit gezet... en dat ondanks twee behaalde podia voor het team in 1994. Zoiets deelde destijds ongetwijfeld een keiharde klap uit aan zijn zelfvertrouwen.
De monteur die toen voor Benetton werkte, Steve Matchett, blikte uitgebreid in z’n boek; The Mechanic’s Tale, terug op dat noodlottige moment. Z’n ongeloof was groot toen Jos vervangen werd: “Het team had in Jos een coureur die geliefd was en bereid was om keihard te werken in de auto. Toen het team voor Johnny Herbert koos, ging dat verloren en moesten wij vanaf nul beginnen.”
“Ik kon nooit begrijpen waarom Verstappen géén contract voor 1995 kreeg. Het team had toen stabiliteit nodig. Jos werd weggestuurd omdat hij Schumacher niet kon bijbenen, maar het management moest destijds begrijpen dat simpelweg niemand sneller dan Schumacher zou zijn. Een stabiele tweede coureur was veel waardevoller geweest voor het binnenhalen van punten in het kampioenschap”, vertelt de mecanicien in z’n boek.
Matchett was destijds erg tevreden over de prestaties van Jos in z’n debuutjaar. Verstappen wist dat jaar als tiende af te sluiten. Het team verkoos voor Herbert vooraf aan de laatste twee races vanwege meer ervaring. Uiteindelijk wist de vervanger van Verstappen in beide races geen punt te scoren. Iedereen weet dat het eigenlijk vanaf toen bergafwaarts is gegaan met de carrière van Jos the Boss.